Martin Crawford lijkt enthousiast te spreken over “Autumn olive” oftewel Elaeagnus Umbellata: een struik die bloeit in de lente en lekkere bessen draagt in de herfst. Omwille van verschillende voordelen (zie plantenfiche herfstolijf), zijn we ervan overtuigd deze als windbreker te planten in het noorden van ons voedselbos.
Op verschillende website las ik dat de Elaeagnus Umbellata een “invasieve” soort is. Nu ben ik wel een leek maar ik wist nog net dat “invasief” iets negatiefs betekende. Ik vroeg me af of het dan niet schadelijk was deze te planten. Dus stelde ik mijn vraag in de Facebookgroep Voedselbossen (overigens interessant om lid van te worden) en daar ontstond een zeer boeiende discussie over invasieve planten, waar ik graag een aantal fragmenten van wil delen.
Allereerst een aantal definities volgens vandale.be:
- exoot (de; m; meervoud: exoten) 1 uitheemse plant- of diersoort die zich buiten het oorspronkelijke verspreidingsgebied heeft gevestigd
- uit·heems (bijvoeglijk naamwoord) 1 buitenlands; = vreemd
- in·heems (bijvoeglijk naamwoord) 1 in het land zelf voorkomend
En een definitie volgens wikipedia:
- Invasieve soorten zijn soorten die zich buiten hun oorspronkelijke verspreidingsgebied hebben gevestigd en door hun aanwezigheid of door de groei van hun populaties een bedreiging vormen voor inheemse soorten. Invasieve soorten kunnen een bedreiging vormen voor de biodiversiteit.
Dat klinkt niet zo goed voor onze herfstolijf, toch? Gelukkig kwamen er genoeg nuancerende antwoorden, onder andere van Wouter van Eck. Hieronder de antwoorden die mij het meest geholpen hebben.
“Een voedselbos is een multiculturele plantengemeenschap, anders is het geen voedselbos. Zonder exoten gaan we in onze landen onherroepelijk hongerlijden (namelijk: geen aardappelen, geen brood, geen tomaten, geen walnoten, geen appels, geen tamme kastanjes, etc). Er zijn eigenlijk maar enkele invasieve exoten (die moet je mijden), de rest deugt (net als bij mensen, kortom). De kracht van het voedselbos bestaat uit de diversiteit, die gebaseerd is op inheemse en uitheemse soorten gezamenlijk. Zo ontstaat voor verrassend veel soorten een leefplek. De olijfwilg (Elaeagnus umbellata) is een genot! Tijdens de bloei gonzen de struiken door de hommels, zweefvliegen, bijensoorten en andere inheemse insecten voor wie deze plant een waardevolle drachtplant is. Kortom, deze veelal bedreigde insecten discrimineren niet!”
“Er bestaat idd nog maar weinig echte inheemse natuur. Sinds Columbus is er zoveel over de wereld verspreid aan voedselplanten, mensen rassen, dieren , microben en ziekte kiemen dat er eigenlijk haast nergens meer ‘oude’ natuur is in de oorspronkelijke versie. Maar wij kunnen wel mee bepalen welke soorten er in het huidige biotoop passen. En de hier invasieven niet aanplanten. Dwz wel dat sommige bloemsoorten alleen door heel specifieke bestuivers worden bestoven en hier wellicht weinig vrucht zetten. Charles C Mann heeft er twee boeken over geschreven: “1491 en 1493. “ Het gaat erover hoe de wereld eruit zag voor en na Columbus. Nog nooit zo’n eye opener gelezen moet ik zeggen. Echt een goed stuk geschiedenis ook. In het eerste deel komen we ook te weten hoe de inheemse Amerikaanse bevolking hun gewassen verbouwden. Het blijkt dat het hele amazone gebied zowat is aangeplant in een zeer weelderige soorten rijkdom. Door de mens dus. Met de opschuiving vh klimaat naar warmer kun je er veel uithalen voor hier en nu. Inheems moet wel beschermd en gekoesterd worden denk ik. Omdat er hier de bestuivers voor aanwezig zijn. Maar de meeste bloemen met een open scherm bv daar kan elk insect wel bij. Dank voor deze interessante discussie. Een mooie kruisbestuiving van ideeën en wetenswaardigheden kan geen kwaad. Het wordt de kennis voor later. Het gaat er niet meer alleen om terug te krijgen hoe het was maar te bedenken hoe het kan worden. “
“Als ecoloog even een aanvulling op dit gesprek: er zijn inheemse soorten, uitheemse soorten en invasieve exoten. Op inheemse soorten leven heel veel dieren. Als voorbeeld: op paardenbloem vliegen meer dan 100(!) soorten wilde bijen. Dan hebben we nog niet eens gekeken naar vlinders, naar andere insecten, naar zoogdieren… Een inheemse eik geeft aan meer dan 150 soorten insecten leven, nog afgezien van alle andere soorten (vogels, zoogdieren). Een uitheemse eik maar aan enkele soorten. Inheemse soorten zijn dus wel degelijk van groot belang. Kijk je vervolgens naar het verschil tussen uitheemse soorten (maïs) en invasieve soorten (springbalsemien) dan zie je dat de eerste weinig insecten ondersteunt en de laatste ook nog eens heel veel inheemse flora verdrukt. Dit is waarom het belangrijk is te kijken naar je soorten. Neem als startpunt in je voedselbos waar mogelijk inheemse soorten. Vul vervolgens aan met uitheemse soorten (want een voedselbos is cultuurlandschap, geen natuur.) Mijdt invasieve exoten. In natuur moet geen voedselbos worden aangelegd, daar horen alleen inheemse soorten die de lokale ecologie ondersteunen te staan. In voedselbossen horen ook uitheemse soorten thuis, maar geen invasieve exoten. Ze zijn daarmee veel beter voor de biodiversiteit dan gangbare landbouw gronden, maar doen het duidelijk minder dan natuurgebieden als het gaat om ondersteuning van het lokale ecosysteem. Vergeet ook niet dat het zien van veel insecten niet hetzelfde is als het zien van veel soorten insecten. Op een vlinderstruik kunnen honderden vlinders afkomen. Helaas zijn dat wel vaak de drie of vijf algemene soorten, en geen van de echt bedreigde soorten. Ook daarom zijn inheemse planten zo belangrijk. Maar, wat mij betreft hebben in een voedselbos de uitheemse soorten dus ook een plek. Omdat het geen natuur maar cultuur is.“
“We hebben een perceel van ruim 1 ha aangeplant en er komen meer dieren op af doordat bepaalde exoten veel toevoegen voor hommels e.d. door de bloei die in een schaarse tijd begint.”
Er kwamen ook nuanceringen van nuances op de nuanceringen, kortom: een schat aan informatie die je gerust kunt nalezen op de Facebookgroep.
Een handige link die ik in dit berichtje wil achterlaten, is de EU-lijst met invasieve exoten die we niet in ons landschap willen zien woekeren.
Als laatste nog een reactie die bij mij nazinderde:
“Goede vraag, er is altijd veel discussie over wat een invasieve exoot nu eigenlijk is en of een bepaalde plant als zodanig moet worden gezien. Ook hier boven zie ik dat de meningen lopen van: “wat een onzin en paniekzaaierij allemaal” tot “alle exoten zijn fout”. Het lijkt me dat voorzichtigheid geboden is met planten die recent zijn/worden geïntroduceerd en woekerneigingen hebben. Dat betekent dat ze andere planten die hier al langer thuis zijn kunnen verdringen en voedselrelaties tussen planten en dieren kunnen verstoren. Dat wil niet zeggen dat ze gelijk “des duivels gebroed” zijn maar we lopen als mensen al genoeg alles te verstoren zonder dit serieus te willen nemen. Dus: wees voorzichtig met exoten en zeker degenen die woekerneigingen hebben. En vooral dit: alles wat we doen en laten heeft consequenties. wees je daar bewust van en neem je verantwoordelijkheid.”
Eentje om goed bij stil te staan.
Laat gerust een reactie achter! En graag tot schrijfs.
Groene groetjes
Thacha